De Romeinse Senaat kende tussen de 100 en 900 leden. De machtigste senatoren waren de twee Consuls. Zij beslisten over wetten, maar hadden wel vetorecht over elkaars besluiten. De senaat adviseerde de Consuls over   buitenlands politiek, veiigheid, financien, etc. De consuls waren voor 1 jaar aangesteld daarna kwamen er andere Consuls. Senatoren waren aangesteld voor het leven. Senatoren waren te herkennen aan de purpere zoom aan hun Toga.

Veel landen nu hebben ook een Senaat, de Nederlandse Senaat is de eerste kamer.

De senatoren probeerden de Consuls te overtuigen om bepaalde besluiten te nemen. Dat deden ze door middel van een debat.

Wat is debatteren?

Debatteren kan het beste omschreven worden als een discussie met spelregels. Vaak betreffen deze spelregels de spreektijden, de spreekvolgorde, interrupties en wat wel en niet toegestaan is.
Het doel van een debat is meestal het overtuigen van een derde partij. Dit kan zijn: een jury, 'de kiezer' of het publiek. In tegenstelling tot een discussie zal men bij een debat dus zelden trachten de tegenstander te overtuigen.

In de Romeinse senaat debateerden de senatoren dus met elkaar om de Consul te overtuigen.

De Romeinse senatoren waren meesters in het debatteren.

Ook is onze tijd is het belangrijk om goed te kunnen debatteren.

We gaan dat in deze lessen leren